CIV toont positieve ontwikkelingen
Minder incidenten, minder stadionverboden en lagere politie-inzet. Het jaarverslag van het Centraal Informatiepunt Voetbalvandalisme over seizoen 2015-2016 laat een onmiskenbaar positieve ontwikkeling zien. Supporterscollectief Nederland hoopt uiteraard dat deze trend zich doorzet. Daarbij benadrukken we vooral dat de daling van het op zich al relatief lage aantal incidenten laat zien dat de tijd rijp is voor een realistischer benadering van het voetbal. Dat betekent meer vrijheid voor het gros van de supporters en het richten van beperkende maatregelen op het kleine aantal fans dat zich misdraagt.
Het CIV-jaarverslag is dit jaar een verzameling dalende trends, voor het eerst aangevuld met commentaren van betrokkenen, inclusief Supporterscollectief Nederland. Het aantal incidenten binnen het stadion daalde met 10 procent tot 459, het laagste aantal in drie jaar. Het aantal incidenten buiten het stadion daalde zelfs met ruim 12 procent tot 274, het laagste aantal in vier seizoenen. Aangetekend moet hierbij tevens worden dat het in ongeveer een derde van de incidenten vuurwerk betreft en nog eens ruim 10 procent spreekkoren. Zwaardere delicten als mishandeling, vechtpartijen en brandstichting vormen gezamenlijk nog geen 20 procent van de geregistreerde delicten. Net als eerdere jaren is 80 procent van de daders een ‘first offender’. Bijna de helft van de daders valt in de leeftijdscategorie 19 t/m 26 jaar. De politie-inzet daalde met ruim 9 procent tot 274.000 uur, veruit het laagste aantal in de laatste vier seizoenen. Goed om hierbij op te merken is tevens dat de inzet in Nederland sowieso al erg laag ligt in verhouding tot omringende landen.
Combiregelingen hét aandachtspunt
De registratie van combiregelingen door het CIV is helaas minder nauwkeurig dan verwacht zou mogen worden, waardoor de suggestie wordt gewekt dat slechts voor de helft van de duels een combiregeling geldt. In de praktijk blijkt echter voor maar liefst 85 procent van de wedstrijden in een of andere vorm sprake van reisbeperkingen. Wel wordt toegegeven dat voor sommige wedstrijden met laag risico, tóch beperkingen worden opgelegd. Helaas wordt dit goedgepraat en niet bekritiseerd: ”Deze combiregelingen [bij ADO Den Haag] boden de uitsupporters een gratis parkeerplek naast het stadion en dienden vooral om supportersstromen gescheiden te houden en de uitsupporters een gastvrije en eenvoudige toegang tot het stadion te bieden.” Prima, maar dan wel graag vrijwillig en niet verplicht.
Goede voorbeelden worden ook uitgelicht, zoals de wedstrijd NEC-Feyenoord waar 250 uitsupporters naast het uitvak plaats konden nemen. Eerdere jaren was De Goffert bij dit duel een vesting met clubcardverplichting, ID-controle en daarom honderden lege stoelen. Nu konden ook NEC-fans makkelijker hun kaartje kopen, waren er daardoor meer thuis- én uitsupporters en was de sfeer bovendien vriendelijker. Problemen bleven uit. Een mooi voorbeeld van hoe minder in plaats van de gebruikelijke reflex van meer maatregelen het gewenste resultaat kunnen opleveren.
Ook de voornemens zijn goed, al blijkt daar in de praktijk vooralsnog te weinig van. Frank Paauw stelt namens de nationale politie dat eventuele vervoersrestricties niet op basis van historische gegevens, maar door middel van objectieve criteria door de verschillende betrokkenen moeten worden bepaald. ”Ik zie nog te weinig stappen in het verminderen van het aantal combiregelingen.”
‘Praten mét en niet over supporters’
De kersverse KNVB-directeur Gijs de Jong ziet daarin ook een rol weggelegd voor de supporters, waaronder Supporterscollectief Nederland. ”We hebben in het verleden veel over, maar weinig met supporters gepraat, terwijl daar een deel van de oplossing ligt. We moeten van handhaving toe naar opsporing. Liever een peloton rechercheurs dan een peloton ME’ers. Het moet zo zijn dat iedereen een kaartje voor een wedstrijd kan kopen, zonder verplichte reisregelingen, en met een gerust hart naar het stadion kan komen. We zullen daarvoor creatiever moeten worden, dingen anders moeten doen dan we altijd gedaan hebben. Dat betekent ook risico nemen en daar is lef voor nodig. Een toegankelijk, gastvrij en veilig voetbal is mogelijk. We zijn op de goede weg, maar we moeten nu doorpakken.”
Reactie Supporterscollectief Nederland
Hieronder ook nog de volledige reactie van Supporterscollectief Nederland, zoals ook te lezen is in het CIV-jaarverslag:
Het beste nieuws van het afgelopen seizoen is het voornemen om in 2020 een toegankelijk, gastvrij en veilig voetbal te bereiken. Alle partijen staan achter dit streven en daar zijn wij als supporterscollectief blij om. Een ander positief punt van afgelopen jaar is dat het aantal buscombi’s in de eredivisie gehalveerd is ten opzichte van een seizoen eerder, terwijl dit jarenlang min of meer gelijk was. Dit komt nu gedeeltelijk door de gepromoveerde en gedegradeerde clubs, maar laten we hopen dat deze ontwikkeling zich het komend seizoen voortzet.
De goede intentie van de op landelijk niveau gemaakte plannen voor 2020 begint ook lokaal door te dringen, maar helaas gaat dat niet altijd zo snel als wij zouden willen. We merken dat op lokaal niveau nog veel vanuit angst en doemscenario’s wordt gedacht, terwijl de tijd rijp is voor een positiever en vooral realistischer benadering. Naast veilig voetbal streven we immers ook naar toegankelijk en gastvrij voetbal. Mensen moeten zich welkom voelen in een stadion en niet belast worden met allerlei generieke maatregelen en restricties die bedoeld zijn voor een enkeling. De praktijk en ook de cijfers in dit jaaroverzicht laten namelijk zien dat bijna alle wedstrijden probleemloos verlopen zijn en dat slechts een heel klein percentage van de voetbalsupporters problemen veroorzaakt.
We willen vooral de lokale overheden oproepen om vanuit kansen en mogelijkheden te denken en daarbij ook juist samen te werken met supporters. Zij hebben vaak veel expertise, zijn ervaringsdeskundigen en hebben weer een andere beleving dan politie, gemeenten of clubs. Ook bij risicowedstrijden is het goed om de aanhang van beide partijen erbij te betrekken om samen te bepalen welke maatregelen genomen moeten worden. Supporters zijn realistisch genoeg om te weten wat wel of niet kan. Sommige maatregelen wekken irritatie op en werken dus averechts. Zijn al die hekken wel nodig? Een gastvrij en vriendelijk ingericht stadion heeft een positieve invloed op het gedrag van supporters.
Om landelijk beleid om te zetten naar lokaal beleid kan een klankbordgroep met vertegenwoordigers van alle partijen, dus ook supportersclubs, van dienst zijn. Lokale overheden voelen zich dan meer gesteund om de beperkingen af te bouwen. We moeten relaxter en creatiever zoeken naar oplossingen, niet direct overgaan op rigoureuze en nadelige maatregelen. Denk aan de nacompetitiewedstrijden tussen NAC en Willem II waarbij geen uitsupporters aanwezig mochten zijn. Daar is vanaf het begin ingezet op een verbod en niet samen met supporters gezocht naar een oplossing. Dat vonden wij zeer teleurstellend. Ook de door de Ombudsman bekritiseerde massa-aanhoudingen bij de protesten van Feyenoord-fans in Rotterdam hadden voorkomen kunnen worden door meer overleg en meer onderling vertrouwen tussen overheden en fans. Met het Supporterscollectief Nederland gaan we er alles aan doen om daar in de toekomst een bijdrage aan te leveren.