Repressie van voetbalvandalisme werkt averechts

In de discussie over het bestrijden van geweld in voetbalstadions gaat het vaak alleen over straffen en repressie. Terwijl juist meer aandacht nodig is voor preventie en vooral: gastvrijheid. Ontvang supporters normaal en het gedrag is meestal ook normaal. In Nederland is de ontvangst van met name uitsupporters echter verre van gastvrij.

In het voetbalbeleid gaat het in Nederland doorgaans over ‘de supporters’, terwijl de bezoekers van een voetbalwedstrijd heel divers zijn. Het is een dwarsdoorsnede van de samenleving, waarbij je in veiligheidsopzicht van het gros geen last hebt. Veruit de meeste wedstrijden verlopen ook zonder problemen. De risicogroep is slechts een fractie van het totaal aantal bezoekers. Toch richt de Nederlandse aanpak zich vaak op het geheel, zeker als het gaat om uitsupporters.

Gastvrijheid

Dat moet anders, omdat dit generieke beleid niet effectief is en regelmatig zelfs averechts werkt als een van de oorzaken van ongeregeldheden. Goed voorbeeld is de wedstrijd FC Twente-Hammarby die onlangs eindigde in rellen binnen en buiten het stadion. De grimmige sfeer begon al ver daarvoor door (online) provocaties van supporters, maar ook door de benadering van de Enschede autoriteiten die alle supporters van Hammarby verboden om in de binnenstad van Enschede te komen. Supporters die toch door Enschede liepen, werden staande gehouden en weggevoerd.

Een Hammarby-supporter verwoordde het treffend in Zweedse media, die met verbazing en afschuw spraken over de behandeling van de Zweden in Nederland. „Ik ben een rustige vent, maar zelfs ik voelde me geprovoceerd. De politie had eigenlijk maar 200 risicosupporters waar ze op moesten letten, maar door deze behandeling werden het er 2.000.”

Het opsluiten van ‘de ander’ in bussen en achter hekken heeft er ook voor gezorgd dat de Nederlandse voetbalsupporter niet meer gewend is om een supporter van een andere club ‘in het wild’ te zien. Waar in landen als Engeland en Duitsland vele duizenden supporters van diverse clubs door het land reizen en elkaar doorgaans probleemloos ontmoeten op stations en in binnensteden, raken zowel autoriteiten als supporters in Nederland in paniek bij het zien van de tegenstander. Autoriteiten zien voornamelijk het risico en gaan over tot verboden, terwijl (sommige) supporters geen anderen in hun ‘territorium’ dulden en overgaan tot geweld. Ook dit zagen we in Enschede. Zo blijft de vicieuze cirkel in stand.

Niet nodig, laten de wedstrijden zien die wel zonder restricties gespeeld worden. De meeste supporters kunnen prima gezamenlijk naar het stadion reizen en vinden het juist leuk om een praatje te maken met de aanhang van de tegenstander. Het draagt bij aan de wedstrijdbeleving en vergroot bovendien de verdraagzaamheid. Zo anders is die ander immers helemaal niet.

Geen collectieve straffen

De inzet van de autoriteiten kan zich ondertussen richten op de risicosupporters, waarmee het beleid veel gerichter en effectiever wordt. Geen buscombi (een verplichte busreis naar uitwedstrijden) voor iedereen, maar monitoring van risicogroepen en het consequent bestraffen van overtredingen. Door het verminderen van restricties wordt het bezoeken van uitwedstrijden bovendien voor een grotere groep supporters aantrekkelijk.

Die vrijheid is ook een goede reden om niet over de schreef te gaan, want die verspeel je dan. Waar nu iedereen gestraft wordt voor de daden van een enkeling, zou dan alleen die enkeling gestraft worden. Dat is een wenkend perspectief voor iedere voetballiefhebber.

Dit artikel verscheen in de NRC van 11 augustus 2023 en is geschreven door Matthijs Keuning, voorzitter van Supporterscollectief Nederland.